CBD en ons lichaam

Cannabis, ook wel hennep genoemd, is een plant die in de oudheid al als zeer nuttig werd beschouwd.
Hennep werd dan ook veelzijdig gebruikt.
Van de vezels in de stengels werd onder andere touw, textiel en papier gemaakt.
Van de bloemen werden tincturen vervaardigd en de zaden werden gezien als een goede bron van proteïne en vetzuren.

banner
image

Het verbod op cannabis

Toen cannabis in 1928 op de verboden middelenlijst gezet werd, was er nog weinig tot niets bekend over de werkzame stoffen in deze plant.
Onderzoek hiernaar was door het verbod dan ook heel lastig geworden.
Dr. Raphael Mechoulam, een Israelische wetenschapper, had een grote interesse in cannabis en haar werking op ons lichaam.
In 1963 verduidelijkte hij de structuur van CBD en pas in 1964 ontdekte hij en zijn onderzoeksteam de psychoactieve verbinding THC.

Ontdekking en werking van ons endocannabinoïdesysteem, ECS

In 1988 werd de CB1 receptor ontdekt en begin jaren negentig de CB2 receptor.
Deze bleken deel uit te maken van een héél systeem met receptoren, signaalmoleculen en enzymen die nauw met elkaar samenwerken.
Daar kwam uit voort dat wij, ongeacht of we cannabis gebruiken of niet, zélf soortgelijke stoffen aanmaken. Namelijk de signaalmoleculen anandamide en 2-AG.
De cannabinoïden uit cannabis lijken zoveel op deze stoffen, die wij zelf produceren, dat ons lichaam ze herkent als lichaamseigen.

Ons endocannabinoïdesysteem bevindt zich door heel ons lichaam.
Het blijkt een essentiële rol te spelen in ons lichaamseigen vermogen tot zelfheling.
Ook is dit systeem weer verbonden met andere systemen. Waaronder het immuunsysteem, het zenuwstelsel en het spijsverteringsstelsel.

CB1 receptoren bevinden zich voornamelijk in het centrale zenuwstelsel en in de hersenen.
De CB2 receptoren worden vooral gevonden in het immuunsysteem zoals macrofagen en de B- en T-lymfocyten, de huid, de hersenen, het perifere zenuwstelsel en het maag-darmstelsel.
De CB1 en CB2 receptoren gaan een directe wisselwerking aan met cannabinoïden.
De cannabinoïde CBD gaat een indirecte wisselwerking aan met beide receptoren.
Hiermee wordt bedoeld dat de CBD molecuul zelf niet op de CB1 en CB2 receptoren past maar deze receptoren helpt om schadelijke stoffen niet op te nemen en gunstige stoffen juist beter op te laten nemen.

Wel bindt CBD zich aan verschillende andere receptoren in de hersenen.
Waaronder de serotonine-, de adenosine- en de weesreceptor.
Deze receptoren hebben onder andere invloed op het geheugen, de stemming, het zelfvertrouwen, de slaap, de emoties, het orgasme en de eetlust.

 

Meer lezen? Klik hier...